Rijen, rijen, rijen in een wagentje
Natuurlijk is het voor een (klein)dochter of -zoon best lastig als je je (groot)ouder bezoekt die jou niet meer herkent. Je gaat bij hem of haar zitten, praat wat en dan? “Ik ga graag een half uur of wat langer een autoritje maken,” zo vertelde een dochter. “Mijn moeder vindt dat heerlijk. Voor haar ziekte reed ze zelf graag auto.
Wanneer we samen een ritje maken, merk ik dat ze het gezellig vindt: de intimiteit van samen in de auto brengt haar denk ik op een of andere manier terug in de tijd. Het prettige geschommel, het geluid van de motor, de wisselende uitzichten.

Vaak zet ik muziek op waar ze van houdt. Dan zingt ze zachtjes mee. We rijden wel eens over de boulevard van Egmond. Ze is opgetogen als ze de zee ziet. Het zijn beelden voor haar die herkenning geven. Mijn moeder weet al meer dan een jaar niet meer wie ik ben, maar laatst, knus samen in de auto, noemde ze ineens mijn naam. Toen had ook ik een goede dag.”